Letra de Brief
(Annemarie van Tol en Cor Martelly)



Beste meid, ik schrijf je even in gezondheid

En ik heb ons nieuw adres erbij gezet

't CBH heeft ons een woning toegewezen

En ik zit met pa in zo'n moderne flat

Meid, ons halve huis bestaat uit glazen ramen

Nou, daar kan de Bijenkorf jaloers op zijn

Ik zit als Sneeuwwitje in haar glazen kissie

Fijn te koekeloeren in de zonneschijn



Mijn gordijnen passen hier niet voor de ramen

En ik vind dat wel een griezelig idee

Ik sjeneer me voor de inkijk van de buren

Als ik uitgekleed sta in m'n neglisje

Ik wou pa een been uitrukken voor gordijnen

Maar toen zei die slome: wacht een ogenblik

Als de buren jou zien in je nakie

Kopen zij meteen gordijnen voor de schrik



Van beneden ga je met een lift naar boven

'k Ben me naar geschrokken in dat enge ding

Tussen een- en tweehoog ben ik blijven hangen

Zodat pa verschrikt de huisbaas bellen ging

Een kwartiertje later belden twee agenten

Van de zeed'lijkheidspolitie bij ons aan

Want je pa had iets staan smoezen van een liftkooi

Maar die sufferds hadden 'lichtekooi' verstaan



Ik ben wel wat corpulent voor onze badcel

Want ik weeg nog altijd ruin tweehonderdtien

Maar er hangt een fijne levensgrote spiegel

'k Heb voor 't eerst mijn eigen voeten weer gezien

'k Heb een grote kamer met een annex eethoek

En de keuken is modern van bruine zeel

Nou, de groeten meid, van mijn en van je vader

Die zich noemt: je Moedertje, Jannetje van Weel